Hoe kunnen we helpen?

Tijd

Je bent hier:
< Alle onderwerpen

Tijd speelt een belangrijke rol bij het schrijven van verhalen. Op verschillende manieren komt tijd terug in je verhalen. Het is goed om je daar bewust van te zijn.

Tijdsperiode
Je verhaal speelt zich af in een bepaalde tijd zoals de toekomst, het heden of het verleden. De tijd waarin je hoofdpersoon leeft maakt uit voor je verhaal zoals de historische gebeurtenissen van dat moment en de voorwerpen die worden gebruikt. Ook omgangsvormen en taalgebruik zijn in verschillende periodes anders. Zo gebruikte twintig jaar geleden nog maar weinig mensen een mobiele telefoon, nu gebruiken maar weinig mensen geen mobiele telefoon. In de jaren ’40 van de vorige eeuw was het oorlog, maar was er nog niemand naar de maan geweest. Nu is het geen oorlog, maar is de maanlanding een mijlpaal in onze geschiedenis.

Misschien wissel je de tijdsperiodes af in je verhaal. Je kunt afgebakende hoofdstukken gebruiken om te wisselen in tijd, maar je kunt ook werken met andere technieken om informatie uit het verleden terug te laten komen in je verhaal zoals flashbacks, een verhaal in een verhaal of door het gebruik van documenten of krantenartikelen.

Tijdsspanne
De tijdsspanne betreft de tijd waarin het verhaal zich afspeelt. Een dag, een week, een jaar, misschien wel een eeuw. Dit heeft invloed op je verhaal. Een korte tijdsspanne kan zelfs onderdeel zijn van je conflict en geeft daarmee een deadline zoals een ontvoering waarbij losgeld wordt geƫist of de voorbereiding van een wedstrijd.

Grammaticale tijd
De derde manier waarop tijd een rol speelt in je verhaal is de tijd, waarin het verhaal grammaticaal gezien geschreven wordt. Veelal worden verhalen in de (onvoltooid) verleden tijd of de tegenwoordige tijd geschreven. Als jouw verhaal in de verleden tijd staat, wordt het verhaal achteraf vertelt. Soms kun je dan een tipje van sluier optillen als het gaat om toekomstige ontwikkelingen. In de tegenwoordige tijd wordt het verhaal ‘live’ vertelt en als je geen alwetende verteller gebruikt, kun je niets over de toekomst vertellen. Andere tijden zoals voltooid verleden tijd of toekomstige tijd zijn mogelijk. Deze grammaticale tijden geven echter beperkingen en zullen niet fijn lezen.

 


De drie manieren waarop tijd een rol speelt bij het schrijven komen terug in de kaartenset, het werkboek en de cursussen van Schrijf ‘ns.

Inhoudsopgave